Dit luizenprotocol is gemaakt om de kans op luizenbesmetting op school zo klein mogelijk te maken en om de bestrijding van luizen/neten zo goed mogelijk aan te pakken. Het is altijd erg vervelend voor kinderen als ze luizen hebben. Daarom staan er in dit protocol regels om hier zo goed mogelijk mee om te gaan.
Hoofdluizen zijn kleine beestjes die leven op warme en behaarde plekjes op het hoofd. Daar houden ze zich in leven door het zuigen van bloed. Ze kunnen zich vooral snel verspreiden onder kinderen. Daarom is het belangrijk regelmatig te controleren.
Hoofdluis kun je krijgen van iemand die hoofdluis heeft. De luizen lopen van het ene hoofd naar het andere, bijvoorbeeld wanneer kinderen met elkaar spelen. Ze verplaatsen zich niet via kleding, beddengoed of knuffels.
Hoofdluizen zijn niet schadelijk, maar vooral vervelend. Ze kunnen voor veel jeuk zorgen. Om te voorkomen dat hoofdluis een hardnekkig probleem wordt, is het belangrijk om regelmatig het haar te controleren. Als kinderen hoofdluis hebben, is het belangrijk dat gezinsleden, klasgenootjes of vriendjes met hoofdluis tegelijkertijd worden behandeld. Zo kunnen ze elkaar niet steeds opnieuw besmetten.
Luizencontrole op school
Communicatie
Indien er bij een kind luizen/neten worden geconstateerd worden de volgende acties ondernomen:
-
De leerkracht neemt bij constatering van luizen/neten contact op met de desbetreffende ouder.
-
Via Social Schools wordt er een document verstuurd naar alle ouders waarin staat dat er luizen/neten geconstateerd zijn in de klas. Hierin staat het verzoek aan de ouders om de kinderen dagelijks te controleren gedurende twee weken.
-
De luizenouder spreekt met de leerkracht af wanneer er een extra controle plaatsvindt, dit gebeurt in principe na twee weken. Ook noteert de luizenouder op een klassenlijst welke leerlingen er luizen/neten hebben.
Thuis controleren
Als u controleert op hoofdluis, kijk dan goed tussen de haren. Vooral in de haren achter de oren en in de nek. De hoofdluizen zijn zo groot als een sesamzaadje en bewegen. Ziet u doorzichtige of grijswitte puntjes die aan de haren kleven? Dat zijn de eitjes van de hoofdluis (neten).
Als u hoofdluis heeft ontdekt, controleer dan ook alle gezinsleden, en vertel directe contacten dat u of een van uw gezinsleden hoofdluis heeft. Denk hierbij aan school, kinderopvang, ouders van vrienden van de kinderen, sportclubs, opa's en oma's, etc. Zij kunnen zich dan ook (laten) controleren op hoofdluis.
Behandelen
De beste aanpak is om het haar twee weken lang elke dag goed door te kammen met een fijntandige kam. Het duurt 10 dagen voor een eitje van een hoofdluis uitkomt. De eitjes zijn moeilijk te verwijderen, maar hoofdluizen blijven in de luizenkam achter. Als u twee weken elke dag kamt, kunt u alle hoofdluizen verwijderen.
Hoe kunt u kammen?
-
Maak het haar nat en verdeel eventueel crèmespoeling door het haar. Het kammen gaat makkelijker als u crèmespoeling gebruikt. Kam met een gewone kam of borstel eerst de klitten uit het haar.
-
Houd het hoofd voorover, boven een wasbak of een wit stuk papier. Kam het haar met een fijntandige kam (zoals een luizenkam) van achter naar voren, begin telkens dicht bij de hoofdhuid. De hoofdluizen zitten namelijk op de hoofdhuid. Zorg dat u elke haarpluk doorkamt.
-
Veeg de kam regelmatig af aan een stuk keukenpapier of papieren zakdoek. Gooi deze na afloop weg.
-
Neten kunt u verwijderen met de nagels. Eventueel kunt u de neten deppen met een doekje waar azijn op zit. Dan laten de neten makkelijker los.
-
Spoel de crèmespoeling uit het haar.
-
Maak de kam na gebruik goed schoon met water en zeep.
U kunt deze behandeling eventueel combineren met een antihoofdluismiddel. Ook dan is het belangrijk dat u twee weken lang elke dag het haar doorkamt. U kunt het beste een antihoofdluismiddel gebruiken waar dimeticon in zit. Hoofdluizen worden steeds vaker ongevoelig voor antihoofdluismiddelen met malathion of permitrine.